No. 11 CUM
Comtoise klok met spillegang en loden slinger uit de Lodewijk XV periode rond 1755/60, wekkerwerk, halfuurslag en passant, voluurslag op bel zonder repetitie, schijfvormige geëmailleerde wijzerplaat, gegoten messing dak met Gallische haan en rocaille, 2 kippen en 2 engelenkopjes aan elke zijde.
De onderste helft van de steunplaat was bedekt met messingplaat, de houders voor de bevestiging van de wijzerplaat werden later toegevoegd.
Deze eenhandsklok heeft niet het gebruikelijke grote uurrad, maar een wiel ter grootte van een wiel, zoals op tweehandsklokken. Uurwijzer gezaagd uit ijzer.
Diameter wijzerplaat: 217
Afmetingen kast: 236 x 219 x 145 HxBxD
Afmetingen uurwerk: 357 x 219 x 155 HxBxD
Slingerlengte/loodbol: 1630 (alle afmetingen in mm)
