Nr. 156 CUM
9-inch Comtoise klok uit circa 1825 uit de regio Haute-Marne. Tweedelige geperste sierplaat met een palmblad op een fruitschaal en twee golvende draken. In de hoeken van de wijzerplaat vier gestileerde achthoekige bloemblaadjes op een radiaal gegroefde achtergrond. De wijzerplaat met sierplaat is over het algemeen veel groter dan het uurwerk en steekt aan alle vier zijden voorbij het uurwerk. Dubbelgebogen emaille wijzerplaat met Romeinse uren en Arabische kwartiermarkeringen. Gezaagde ijzeren wijzers. Klein ankergang met de ankeras gemonteerd in een beugel vóór de voorste uurwerkplaat. Halfuurslag en passant en heleuurslag met herhaling op een bel. IJzeren windvanger. De urenraster is gemonteerd op de achterkant van het uurwiel, dat extreem grof getand is. Opwindrollen van hout.
Diameter wijzerplaat: 225
Afmetingen van de kooi: 233 x 204 x 133 HxBxD
Afmetingen van het uurwerk: 385 x 246 x 150 HxBxD
Slinger lengte: ca. 1200 (alle afmetingen in mm)
De draagplaat van de wijzerplaat wordt onderaan in de bodemplaat gehaakt met twee uitgesneden krammen, bovenaan met een omgekrulde rand vastgehouden en vervolgens met twee schroeven in de pilaren bevestigd.
